woensdag 25 juni 2014

Veelgehoorde beeldvorming

De vooroordelen die wij als groep veel gehoord hebben is dat mensen denken dat het hun niet kan overkomen. Er wordt vaak gedacht dat mensen met een psychische stoornis dit zelf in de hand hebben. Mensen staan er niet veel bij stil dat het hun ook kan overkomen. Een depressie of een burn out is een psychische stoornis wat relatief veel voorkomt. Het is zelfs zo dat 42 tot 45 % van de Nederlandse bevolking ooit in zijn leven in aanraking komt met een psychische stoornis.

Vaak staan mensen er niet bij stil waarom er bij vrouwen vaker depressie wordt gediagnostiseerd dan bij mannen. Mensen geven hier al snel het labeltje zwak aan. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat vrouwen door sociale normen meer worden gestimuleerd om melding te maken van gevoelens van depressie. Tegelijkertijd is het mogelijk dat mannen door die zelfde sociale norm er meer toe worden aangezet om hun gevoelens op een meer lichamelijke manier te uiten (Zimbardo, Johnson, & McCann, 2012).



Verder zijn wij ons er bewust van dat mensen niet in de gaten hebben wat het met iemand doet als hij/zij een etiket opgeplakt krijgt.
Het opgeplakt krijgen van het etiket ‘psychisch gestoord’ kan ernstige en langdurige consequenties hebben, nog los van de gevolgen van de stoornis zelf. Een etiket als depressie of schizofreen kan een stigma worden dat iemand zijn leven lang blijft achtervolgen. In onze westerse maatschappij hebben mensen met een psychische stoornis vaak een lage status, waardoor hun problemen vaak genegeerd worden. Een diagnostisch etiket kan dat probleem nog versterken. Erger nog, de behandeling dan geesteszieken kan ook tot depersonalisatie leiden. Dat wil zeggen dat het bestempelen van mensen als schizofreen of depressief van hun individualiteit en identiteit berooft, doordat het ertoe leidt dat mensen onpersoonlijk worden behandeld, slechts als ‘casus’ en niet als individu (Zimbardo, Johnson, & McCann, 2012).





Geen opmerkingen:

Een reactie posten